De Boerenkrijg liet Sinaai niet onberoerd. Pastoor L.-J. Bockstal weigerde de eed van trouw aan de Republiek in februari 1798. Op 16 juni 1798 werd de Sint-Catherinakerk door de Fransen voor de eredienst gesloten herbestemd als opslagplaats voor hooi en stro. Op 20 oktober 1798 kwam ook in Sinaai de bevolking in opstand: de kerk werd geopend, de vrijheidsboom omgehakt en in het gemeentehuis werd ingebroken op zoek naar de conscriptierollen. De erop volgende dagen kwam het geregeld tot schermutselingen, waarbij slachtoffers vielen. Op 21 oktober 1798 vertrok een groep brigands vanuit Sinaai naar Eksaarde en Daknam, bij conflicten in Sinaai zelf sneuvelden die dag Anna Maria Cornu, Ferdinand Frans De Prycker, Pieter Augustinus Laureys en Augustinus Verstraeten. De dag nadien lieten Joannes Bekaert, Joannes Meert, Petrus Vossaert het leven alsook de uit Stekene afkomstige Gillis Appeloose en twee personen uit Zele, Arens en Jacquemyns. Die dag werd ook Jozef De Cock zwaar gewond, hij overleed twee dagen later. In de groep brigands die op 25 oktober 1798 onder leiding van Benedictus Ferdinandus Lauwers ten strijde trok naar Sint-Niklaas vielen twee slachtoffers, meer precies Judocus Verberckmoes en Franciscus Emmanuel Steenaert. Hun namen prijken op het herinneringskruis aan de Kleibeekstraat in Sint-Niklaas.

In 1973 werd op initiatief van het Davidsfonds Sinaai, ter gelegenheid van de 175ste verjaardag van de Boerenkrijg, aan de muur van het gemeentehuis van Sinaai een rechthoekige arduinen gedenksteen aangebracht. Bovenaan is een medaillon gebeeldhouwd. In de rand ervan staat Voor outer en heerd 1798. Centraal in het medaillon staan twee personen, waarvan een gedeeltelijk achter een Boerenkrijgvlag verscholen gaat. Onder het medaillon staat gebeiteld, waarbij de eerste zin de ronding van het medaillon volgt: de gemeente Sinaai - herdenkt dankbaar – wie hier gedood werden.

Daaronder volgen de namen van de slachtoffers. Ook de leeftijd is vermeld, met uitzondering voor de onderste twee vermelde slachtoffers:

 

Verberckmoes J.       30 J.

Cornu M.                   23 J.

De Prijcker F.            24 J.

Laureys P.                63 J.

Bekaert J.                 76 J.

Meert J.                    48 J.

Vossaert P.M.           51 J.

Verstraeten A.           31 J.

Appeloose A.            28 J.

Arens N.

Jacquemijns J.

 

Opvallend is wel dat de naam van de in Sint-Niklaas gesneuvelde Judocus Verberckmoes wel is opgenomen maar de naam van Franciscus Emmanuel Steenaert niet.

 

In Sinaai is geen gedenkteken dat verwijst naar Maria-Sophia Duerinckx, de zogenoemde heldin van Sinaai. Haar opoffering voor de gemeente is vergelijkbaar met die van Amelberga Truyman voor Stekene. In Sinaai was een bataljon van Franse soldaten ingekwartierd. De afkeer van de Vlaamse bevolking voor die Franse bezetters leefde onderhuids en leidde tot de moord op de Franse trompetter toen die over de Dries wandelde. Claude Pers, kapitein van het tweede bataljon van de achtenveertigste halfbrigade infanterie gelegerd te Sinaai, sommeerde de dorpelingen en informeerde over zijn op 23 oktober 1798 opgelegde taak vergelding te zoeken. Onderhandelingen werden gevoerd ten huize van landbouwer-brouwer Andreas Bernardus Durinck. Tijdens die besprekingen verscheen de negentienjarige dochter Maria-Sophia die voor de kapitein knielde en zich vrijwillig als zoenoffer aanbood als de gemeente Sinaai gespaard bleef. Claude Pers aanvaarde dit compromis en hij huwde Maria-Sophia Durinck op 29 mei 1799.